Rembrandt van Rijn (1606-1669)

Bebaarde oude man met gesloten ogen en bontmuts, gesigneerd in plaat, ets op papier, Bartsch 290, 12 x 11 cm., achterzijde stempels, 2e staat New Hollstein's van 4, zie lit: Luijten (2013), pp. 238-239.

Herkomst: W.H.F.K. Graf von Lepell (1755-1826, Duits diplomaat) en "Kupferstichkabinett der Staatlichen Museen Berlin"

Conditie: kleine scheur linksboven (ca. 0,7 cm.)

Deze unieke ets, getiteld "Bebaarde Oude Man met Gesloten Ogen en Bontmuts", dateert uit ca. 1635 en is gesigneerd in de plaat. Het werk is gecatalogiseerd als Bartsch 290 en bevindt zich in de tweede staat van New Hollstein's van de vier bekende staten. Voor meer informatie wordt verwezen naar het boek "Luijten" uit 2013, pagina's 238-239.

Leermeester voor de Grootmeester

Rembrandt van Rijn, een van de grootste meesters in de kunstgeschiedenis, staat bekend om zijn uitzonderlijke oeuvre van etsen. In totaal heeft Rembrandt 290 etsen vervaardigd, elk uitvoering beschreven. In de tijd van Rembrandt was de etskunst nog relatief jong, met ongeveer 100 jaar geschiedenis sinds de uitvinding ervan door de Duitse kunstenaar Daniel Hopfer in Augsburg. Er waren geen boeken of handleidingen over etsen beschikbaar toen Rembrandt begon. Het etsen was destijds een goed bewaard geheim van de meesters. Gelukkig had Rembrandt het voordeel dat zijn leermeester, Pieter Lastman, de techniek beheerste en deze aan hem kon overdragen.

Experimenteren en vernieuwen

Rembrandt specialiseerde zich in de etskunst en experimenteerde met verschillende vernieuwingen. Hij maakte bijvoorbeeld gebruik van de "droge naald" techniek, waarbij hij direct met een naald in de etsplaat kraste. Dit creƫerde opstaande randjes (de braam) langs de groeven, waar de inkt aan bleef hangen. Hierdoor kon Rembrandt scherpere lijnen en een groter contrast bereiken. Ook liet hij soms inkt op de plaat liggen tijdens het drukken, wat resulteerde in zwarte vlakken. De etskunst bood Rembrandt dus talloze mogelijkheden om zijn spel met licht en donker op papier vast te leggen.

Staten

Rembrandt werkte vaak aan dezelfde etsplaat na het afdrukken, waardoor nieuwe versies, zogenaamde "staten", ontstonden van dezelfde voorstelling. Zo zijn er bijvoorbeeld vijf staten bekend van Rembrandt's ets "De Kruisiging van Jezus". Tussen staat 3 en 4 veranderde hij zelfs de positie van het paard. Andere veranderingen waren subtieler, waarbij hij bijvoorbeeld de plaat langer in het zuur liet liggen om de lijnen dieper uit te etsen.

Kunsthistorici hebben veel gediscussieerd over de redenen waarom Rembrandt zijn etsplaten zo vaak bewerkte. Een mogelijke verklaring is dat Rembrandt veel gebruikmaakte van de droge naald techniek. Gewone etsplaten kunnen ongeveer 150-200 afdrukken leveren, terwijl een etsplaat die met een droge naald is gemaakt slechts 25 tot 50 keer kan worden afgedrukt voordat deze merkbaar begint te slijten. Het is waarschijnlijk dat Rembrandt zijn platen na 25-50 afdrukken bijwerkte om lelijke details te verbeteren en verdere verfraaiingen aan te brengen.

Bekijk in de catalogus

Wilt u meer informatie? Heeft u vragen?